Uw werknemers hebben recht op vakantiedagen. Elke maand bouwen zij verlof op. U betaalt uw werknemers door als zij vrije dagen hebben. De precieze afspraken over vakantiedagen staan in de cao of arbeidsovereenkomst.
Uw werknemer heeft recht op minimaal 4 keer het aantal werkdagen (werkdag van 8 uur) dat hij per week werkt. Bij een werkweek van 4 dagen krijgt uw werknemer dus 16 wettelijke vakantiedagen per jaar. Bij een volledige werkweek 20 dagen per jaar. In uren is het 4 keer het aantal uren dat uw werknemer per week werkt. Werkt uw werknemer 40 uur? Dan is het 4×40=160 vakantie-uren.
Werkt uw werknemer nog niet het hele jaar bij u? Dan berekent u de vakantiedagen op basis van de gewerkte uren of weken.
Bouwt uw werknemer meer vakantiedagen op dan het aantal waar hij volgens de wet recht op heeft? Dan heet dat ‘bovenwettelijke’ vakantiedagen. In de cao of het arbeidscontract kunnen afspraken staan over deze extra vakantie-uren.
Uw werknemer mag zelf bepalen wanneer hij vakantiedagen opneemt. Tenzij dat problemen oplevert voor uw bedrijf. Bijvoorbeeld als hij vrije dagen aanvraagt tijdens een drukke periode. U kunt dan binnen 2 weken na de aanvraag via de mail of de post (schriftelijk) bezwaar maken. Uw werknemer mag de vakantiedagen dan wel op een ander moment opnemen.
Maakt uw werknemer de vakantiedagen niet helemaal op in een jaar? Dan mag hij de wettelijke vakantiedagen meenemen naar het volgende jaar. Uw werknemer moet ze vóór 1 juli van dat jaar opnemen. Daarna zijn ze niet meer te gebruiken. Tenzij in de cao of overeenkomst een ruimere termijn is afgesproken.
De bovenwettelijke vakantiedagen mag uw werknemer wel opsparen. Die uren mogen maximaal 5 jaar blijven staan.
U mag de wettelijke vakantiedagen niet uitbetalen. Behalve als uw werknemer stopt met werken bij u voordat de dagen zijn opgenomen. Dan betaalt u de overgebleven wettelijke vakantiedagen wel uit.
De extra (bovenwettelijke) vakantiedagen mag u uitbetalen als u dat afspreekt met uw werknemer. U mag dit niet verplichten.
Bij onbetaald verlof bouwt uw werknemer geen vakantiedagen op. Behalve als er sprake is van langdurend zorgverlof en aanvullend geboorteverlof. Daarbij bouwt uw werknemer wel vakantiedagen op.
Tijdens het zwangerschapsverlof en bevallingsverlof bouwt uw werknemer gewoon vakantie-uren op. U mag uw werknemer niet vragen om verlofdagen op te nemen voor zwangerschaps- of bevallingsverlof.
Is uw werknemer (gedeeltelijk) ziek? Dan loopt de opbouw van de wettelijke vakantie-uren gewoon door. Over de opbouw van extra (bovenwettelijke) vakantie-uren tijdens ziekte, kunnen andere afspraken zijn gemaakt. Deze staan in de arbeidsovereenkomst of cao.
Meldt uw werknemer zich ziek tijdens zijn vakantie? Dan raakt hij de vakantiedagen waarop hij ziek is niet kwijt. Deze dagen zijn ziektedagen. Uw werknemer mag de vakantiedagen dan een andere keer opnemen.
Mede mogelijk gemaakt door Samenwerkingsverband Ondernemersplein
